Wouter Akkerman, Marloes Cuppens en Jan Willem van der Windt
LIVIT ORTHOPEDIE
In 2018 is Livit gestart met een onderzoek naar de tevredenheid van romporthesen. Aan 619 klanten werden na het aflevermoment van hun voorziening vragen gesteld over draagcomfort, gebruiksgemak, cosmetiek en samenwerking met medisch specialistische zorg in het aanmeettraject van de romp orthese. Hierbij werd telkens teruggegrepen naar de doelstellingen van hun voorziening. Ook werden aan hetzelfde aantal klanten vragen gesteld over de effectiviteit gemeten in gewonnen ADL (algemeen dagelijkse levensverrichtingen) van de romp orthese (PROM's patiënt gerelateerde uitkomst metingen). De respons was bijna 38%.
De mobiliteit van onderzoeks groep is met 25% verbeterd door het dragen van een rug orthese of korset
1 September, 2019 [Editie 16, Volume 1]
Tevreden klanten, dat wil iedereen! Om dit te kunnen realiseren willen we weten wat onze klanten van onze dienstverlening en producten vinden en of het gekozen hulpmiddel effectief is in het bereiken van het gekozen mobiliteitsdoel. De onderzoeksopzet : 1. Periode: 2016 t/m 2019 2. Benaderde klanten: 1373 3. Reacties: 522 (38% reactiepercentage) 4. Medische indicatie: artrose
Van de westerse bevolking maakt 60 tot 90% ten minste één keer in het leven een episode door met aspecifieke lage rugpijn.
Lage rugpijn komt frequent voor. Inzet van een romp orthesen is effectief en levert een grote bijdrage aan de gewonnen (ADL)functionaliteit.
Delen van uitkomstinformatie In juni 2018 heeft Zorginstituut Nederland advies gegeven over de te volgen richting om in 2022 voor 50% van de ziektelast uitkomstinformatie beschikbaar te hebben. Deze ambitie houdt in dat in 2022 patiënt en zorgverlener de beschikking hebben over uitkomstinformatie, zoals ervaren pijnreductie en mate van functioneren. Livit is van mening dat het delen van uitkomstinformatie helpt bij het kiezen van een zorgaanbieder en een behandeling/zorgtraject. Waarom zetten wij PROM's in en wat willen we daarmee bereiken? PROMs kunnen worden ingezet om samen met de patiënt vast te stellen welke problemen met functioneren in het dagelijks leven de patiënt het meest belemmeren. Hierdoor kunnen PROMs ondersteunen bij het bespreken van de hulpvraag en het vaststellen van de individuele doelen van de patiënten in gezamenlijke besluitvorming. Aspecten van ervaren gezondheid of functioneren, die patiënten als belangrijk aangeven, kunnen niet altijd gemeten worden met behulp van apparatuur. Het gaat daarbij om aspecten van gezondheid die niet ‘objectief’ waarneembaar zijn en het beste gemeten kunnen worden door het aan de patiënt zelf te vragen. Deze patiënt-gerapporteerde ’uitkomsten’ van ervaren gezondheid worden met de Engelse afkorting PRO aangeduid (patient reported outcome). Voorbeelden van PROs zijn: pijn, vermoeidheid en beperkingen in dagelijks functioneren met bv werk, sport, of huishouden. Dergelijke aspecten van gezondheid worden vaak samengevoegd onder de noemer ‘kwaliteit van leven’. De aspecten van gezondheid kunnen gemeten worden op verschillende niveaus. Vaak leidt een ziekte of aandoening tot klachten en symptomen zoals pijn, die een relatie hebben met problemen in het dagelijks functioneren zoals fietsen of boodschappen doen. Metingen na afloop geven inzicht in het effect van de behandeling op de ervaren gezondheid van patiënten op het gebied van hun fysieke en/of mentale welbevinden en/of functioneren2. Uitkomstindicator Een uitkomstindicator is een specificatie van de uitkomsten (effecten) van de zorg die een aanwijzing (indicatie) geeft over de kwaliteit van de geleverde zorg. De interpretatie daarvan is dus van groot belang om een uitspraak te kunnen doen over de kwaliteit van zorgverleners. Als uitkomstindicator in dit onderzoek is de ADL factor gedefinieerd. De ADL factor is de uitkomstindicator voor de ADL belemmering bij het functioneren met en zonder gebruik van een hulpmiddel. De PROM vragen in het onderzoek zijn opgesteld op basis van de gebruikelijke vragenlijsten bekend in de Orthopedie (chirurgie) , hiermee wordt aangesloten bij wetenschappelijk geaccepteerde en gevalideerde PROM vragen. Wij gebruiken de verkregen resultaten daarom om onze dienstverlening, service en productkwaliteit steeds verder te verbeteren. Epidemiologie Lagerugpijn komt frequent voor. Van de westerse bevolking maakt 60 tot 90% ten minste één keer in het leven een episode door met aspecifieke lagerugpijn. De incidentie van lagerugpijn in de huisartsenpraktijk bedraagt 40,9 per 1000 patiënten per jaar (ICPC-code lage-rugpijn zonder uitstraling, 2012). De prevalentie van lagerugpijn (zonder uitstraling) in de huisartsenpraktijk bedraagt 38,5 per 1000 patiënten. In een deel van de gevallen zal aspecifieke lagerugpijn onder de ICPC-code ‘lage-rugpijn met uitstraling’ en ‘rug symptomen/klachten’ worden geregistreerd. Daarom zijn de incidentie- en prevalentiecijfers van aspecifieke lagerugpijn naar alle waarschijnlijkheid hoger dan de vermelde cijfers voor lagerugpijn zonder uitstraling. Daarnaast is de prevalentie in de open bevolking hoger; ongeveer de helft van de patiënten met rugpijn bezoekt met deze klachten de huisarts. De incidentie en prevalentie stijgen met de leeftijd. Vrouwen hebben vaker lagerugpijn dan mannen. Aspecifieke lagerugpijn gaat gepaard met een hoge ziektelast en leidt tot hoge maatschappelijke kosten, vooral vanwege ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Pathofysiologie Bij acute lagerugpijn is in circa 95% van de gevallen geen specifieke lichamelijke oorzaak aanwijsbaar. Een veel gehanteerde hypothese is dat aspecifieke lagerugpijn te maken heeft met overbelasting van pijngevoelige structuren in en rond de wervelkolom, zoals tussenwervelschijven, gewrichten, zenuwen en spieren. Bevindingen bij beeldvormend onderzoek, zoals standsafwijkingen of degeneratieve veranderingen, lijken – althans wat betreft de niet-ernstige vormen daarvan – geen relatie te hebben met lagerugpijn. Ook is er geen onderbouwing voor en consensus over een classificatie op basis van bevindingen bij lichamelijk onderzoek, zoals verschuivingen van facetgewrichten en/of wervels en pijn bij het SI-gewricht, en is er onvoldoende onderbouwing voor op deze werkhypothesen gebaseerde behandelingen. Over het algemeen is het bij lagerugpijn, bij afwezigheid van risicofactoren of kenmerken die op een specifieke oorzaak wijzen dan ook niet noodzakelijk om een precieze oorzaak of diagnose vast te stellen om een adequate behandeling te starten*. Risicofactoren Factoren die geassocieerd zijn met het ontstaan van aspecifieke lagerugpijn zijn obesitas, werkgerelateerde psychosociale stressoren (zoals het verrichten van monotoon werk en veel werkstress), het verrichten van zwaar lichamelijk werk, lang autorijden, veel tillen en het veelvuldig draaien en buigen van de romp. Uitkomsten van het onderzoek Hoe tevreden bent u over het comfort van het hulpmiddel? De tevredenheid over het draagcomfort in de periode 2016 en 2019 is verbeterd en geeft dit jaar 40% van de klanten een 9/10 voor de levertijd De groep kritische klanten is meer dan gehalveerd Hoe tevreden bent u over het gebruiksgemak van het hulpmiddel? De tevredenheid over het gebruiksgemak in de periode 2016 en 2019 is verbeterd en geeft dit jaar 40% van de klanten een 9/10 voor de levertijd De groep kritische klanten is meer dan gehalveerd Hoe tevreden bent u over de cosmetiek van het hulpmiddel? De tevredenheid over de cosmetiek in de periode 2016 en 2019 is compleet veranderd. Waar er in 2016 nog ongeveer net zoveel kritische klanten waren als positieve klanten zien we dat daar dit jaar een grote verbetering in is getreden en de NPS score op 27 staat Er bestaat voor artrose geen behandeling die tot volledige genezing leidt. Bestrijding van de symptomen gebeurt door interventies gericht op "zelfmanagement", het verstrekken van adviezen over het vermijden van overmatige gewrichtsbelasting, het geven van pijnstillers, het geven van injecties met corticosteroïden in het gewricht en fysio- of oefentherapie. Een romp orthese kan een zeer geschikte voorziening zijn om gewrichten te ondersteunen, wat voor pijnverlichting en meer bewegingsvrijheid kan zorgen. Met het dragen van een romp orthese wordt de bewegingsuitslag beperkt, waardoor het gewricht niet in zijn uiterste stand komt en lager wordt belast. Onderzoek naar de tevredenheid over de voorziening van de klant is heel waardevol maar nog waardevoller is de informatie de kan worden verkregen doormiddel van PROM's. Wat is het effect van de voorziening op het ADL leven van de patiënt? Leven met een beperking Wie gezond is staat er misschien niet zo snel bij stil, maar voor mensen met een beperking kunnen deze verrichtingen een dagelijks terugkerende strubbeling zijn. Eenvoudige activiteiten kunnen door een beperking zo moeilijk worden dat mensen ze soms maar helemaal niet meer doen. In de zorgsector wordt gekeken naar de mate waarin je in staat bent om deze verrichtingen zelf te doen en of je extra zorg of hulpmiddelen nodig hebt. PROM's naar de effectiviteit van romporthesen Algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) zijn de handelingen die mensen dagelijks in het gewone leven verrichten. Het begrip wordt vooral in de zorg gebruikt om te bepalen in hoeverre iemand zelfredzaam is. Iemand die heel weinig ADL-verrichtingen zelf kan doen zal veel hulp nodig hebben. Door de ADL te verhogen met een orthopedisch hulpmiddel draagt dit direct bij aan het verhogen van de zelfredzaamheid van onze klanten. Hoe is uw algemeen dagelijks functioneren veranderd sinds het gebruik van uw romp orthese? 60% van de respondenten geeft aan dat het functioneren is verbeterd sinds het dragen van een romp orthese. Zelfs 30% geeft aan dat het functioneren veel tot erg veel is verbeterd. Hoe zijn uw pijnklachten veranderd sinds het gebruik van uw romp orthese? 53% van de respondenten geeft aan dat pijnklachten zijn verbeterd sinds het gebruik van de romp orthese. Zelfs 25% geeft aan dat de pijnklachten veel tot erg veel zijn verbeterd door het gebruik van de romp orthese 6% geeft aan dat de klachten zijn verslechterd In hoeverre bent u tevreden over de werking van de romp orthese? De tevredenheid over de werking is hoog met 39% van de gebruikers die een 9 / 10 geeft voor de werking Slechts 11% geeft een waardering van een 6 of lager voor de werking van de romp orthesen Beleid Het beleid bij aspecifieke lagerugpijn bestaat uit voorlichting, begeleiding en maatregelen tot behoud of herstel van het dagelijks functioneren. Daarnaast is er aandacht voor eventuele pijnbestrijding. Het beleid wordt in samenspraak met de patiënt opgesteld op basis van onder andere motivatie, comorbiditeit, ernst van de klachten, klachtenduur en eventuele eerdere ervaringen. Het belangrijkste doel van dit beleid is te bevorderen dat de patiënt in beweging blijft of komt, zelfs bij veel pijn en hinder, en zo veel mogelijk normaal blijft functioneren wat betreft werk, huishouden, hobby’s en andere dagelijkse bezigheden. Dit is mede belangrijk om te voorkomen dat de klachten chronisch worden*. In hoeverre bent u mobiel met/zonder de romp orthese? Uitkomstindicator is een specificatie van de uitkomsten (effecten) van de zorg die een aanwijzing (indicatie) geeft over de kwaliteit van de geleverde zorg. De interpretatie daarvan is dus van groot belang om een uitspraak te kunnen doen over de kwaliteit van zorgverleners. In dit onderzoek is de ADL factor gedefinieerd. De ADL factor is de uitkomstindicator voor de mobiliteit met en zonder gebruik van een romp orthese De ADL Factor is met 25% gestegen door het dragen van de orthese, van een 5,9 naar een 7,4 De mobiliteit is sterk verbeterd, de groep die alleen in huis kan lopen is met 60% gereduceerd. Met inzet van een romp orthese is de mobiliteit dus sterk verbeterd, de groep die alleen in huis en naar de buren kan lopen is met 60% gereduceerd en de groep die weer een flinke wandeling kan maken is verdubbelt (figuur 2). Dragen van een romp orthese draagt daarmee sterk bij aan het behoud van mobiliteit en het voorkomen dat klachten chronisch worden. Tot slot Wij realiseren ons als geen ander dat ons werk belangrijk is om onze klanten morgen meer mobiliteit te geven dan vandaag. Onze klanten stimuleren ons om onszelf elke dag verder te ontwikkelen. Wij investeren daarom veel in opleidingen ontwikkeling. In 2018 is 8% van de beschikbare tijd (ruim 9000 uur) van onze collega's besteed aan opleiding en ontwikkeling. Wij willen zorgen dat onze collega's zich blijven vernieuwen en ontwikkelen om daarmee blijvend in te kunnen spelen op de vragen van onze klanten. We willen innoveren, voorop lopen en het verschil maken voor onze klanten. Onze adviseurs vormen de belangrijkste waarde in onze organisatie, zonder hen kunnen we onze beloftes aan de klanten niet waarmaken. Vandaar dat wij er vanuit Livit alles doen om onze adviseurs zo goed mogelijk op te leiden en in hun dagelijkse werkzaamheden te begeleiden. Zij staan in onze interne organisatie dan ook elke dag centraal. De geneeskunde is bij voorkeur gebaseerd op wetenschap, oftewel de beste behandeling van een klacht, ziekte of aandoening van een patiënt is wetenschappelijk bewezen. De laatste decennia verwierf evidence-based medicine (EBM) een prominente positie in de geneeskunde en de gezondheidszorg. In ons land speelde de orthopedische hulpmiddelenzorg daarbij een ondergeschikte en beperkte rol. Met het delen van patiënt- gerelateerde uitkomstmetingen hoopt Livit een bijdrage te kunnen leveren aan het verbeteren van de zorg voor onze klanten. Meer informatie Meer informatie over dit onderzoek kunt u vinden in een vakpresentatie op www.zorgprofessionals.livlt.nl of u kunt contact opnemen met Wouter Akkerman, (Operationeel Manager P&O) via wakkerman@livit.nl. * Bronnen: NHG-Standaard Hand- en polsklachten, RIVM; Volksgezondheidennzorg.info Landelijke Registratie Orthopedische Implantaten, www.lroi.nl Patiënten participatie bij PROMS | april 2015: Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie Alle resultaten zijn te vinden in een vakpresentatie op https://zorgprofessionals.livit.nl/ academy/
Onderzoeksopzet
NPS (Net Promotor Score): op een schaal van 0 tot 10 wordt gevraagd naar tevredenheid over het onderwerp. De score is het percentage 'promotors' (9 of 10) minus het percentage 'detractors‘ (0 t/m 6). De 'passives' (7 en 8) worden niet meegeteld.
pijnklachten van respondenten is bij 53% verbeterd door het dragen van een rug orthese / korset
Figuur 1: resultaten Liviit klanttevredenheidsonderzoek '18 - '19
KLANTTEVREDENHEIDsONDERZOEK
Onderzoeksopzet naar de tevredenheid van een rugorthese ziet er als volgt uit: 1. Periode: okt 2018 t/m juni 2019 2. Benaderde klanten: 619 3. Reacties: 197 (38% respons) 4. Met medische indicatie: artrose (93%), osteoporose (5%), degeneratief (3%)
Figuur 2: resultaten Livit PROM onderzoek gemeten in ADL factor voor periode '18 - '19
resultaten PROM onderzoek naar effectiviteit van het dragen van een korset
dragen van korset is bewezen effectief – sterke toename van mobiliteit onder onze klanten
Figuur 3: mate van mobiliteit ingedeeld per mobiliteitsklasse met en zonder korset
Algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) zijn de handelingen die mensen dagelijks in het gewone leven verrichten. Het begrip wordt vooral in de zorg gebruikt om te bepalen in hoeverre iemand zelfredzaam is. Iemand die heel weinig ADL-verrichtingen zelf kan doen zal veel hulp nodig hebben. Door de ADL te verhogen met een orthopedisch hulpmiddel draagt dit direct bij aan het verhogen van de zelfredzaamheid van onze klanten.
Wouter Akkerman (Operationeel Manager Pro- Orthesen), Marloes Cuppens (CPO) en Jan Willem van der Windt (CEO)